Verzekerde aanvoer van groot belang

Havens spelen een cruciale rol in de aanvoer, opslag en verwerking van grondstoffen voor biobased toepassingen. ‘Een verzekerde aanvoer van grondstoffen tegen een concurrentiële prijs is van groot belang.’

Daan Schalck, gedelegeerd bestuurder van het Havenbedrijf Gent en voorzitter van Bio Base Europe, ziet in de Vlaams-Nederlandse Delta een nauwere samenwerking tussen de afzonderlijke havens in het verschiet. ‘Er is behoefte aan een eenduidig acquisitiebeleid voor de Delta. De havens van Zeeland Seaport en Gent zijn met de samenwerking in Bio Base Europe hierin toch wel de voorlopers.’

 

Wat is het belang van grondstoffen voor de transitie naar een biogebaseerde economie?

‘Bedrijven die op (deels) op basis van biomassa produceren, moeten er voor zorgen dat dit op een efficiënte manier gebeurt. Dat is niet evident bij nieuwe technologieën en bij bedrijven die in een eerste groeifase zitten. Het belang van een efficiëntie neemt bovendien alleen maar toe naarmate de biogebaseerde economie volwassener wordt. Zo lang deze kleinschalig is en zich in een experimentele fase bevindt, speelt dit allemaal een mindere rol. De haveninfrastructuur speelt dan ook een belangrijke rol bij deze ontwikkelingen en moet dan ook mee worden genomen bij de ontwikkeling van de biogebaseerde economie. Natuurlijk is ook een verzekerde aanvoer van grondstoffen tegen een scherpe prijs van groot belang. Dat is ook niet evident, zo blijkt wel bij biobrandstoffen of elektriciteitsproductie op basis van houtpellets. De technologie is al volwassen, maar de aanvoer van grondstoffen nog niet, in tegenstelling tot voor kolen en gas. We mogen de langetermijninvesteringen van bedrijven in nieuwe installaties en fabrieken hier niet uit het oog verliezen. Een derde punt van aandacht is de regelgeving, subsidies en mogelijke toepassingen van biogebaseerde grondstoffen. Belangrijk is dat regelgeving stabiel blijft. Certificering van grondstoffen is dan ook belangrijk.’

 

Op welke wijze is de VNDelta ingericht op dit thema? Zijn er bedrijven actief, wordt er samengewerkt?

‘De Vlaams-Nederlandse Delta is goed bezig met het in kaart brengen van de sector. Er zijn verschillende bedrijven actief in deze sector. Ik denk dat ze tegen de voornoemde aspecten al zijn aangelopen. Het gaat echter niet om grote aantallen. De definitie van biogebaseerde economie moet wel helder zijn! We moeten niet de gewone landbouw, voedings- of farmaceutische industrie op een hoop gooien en zeggen dat in feite de helft van wat we doen biogebaseerde economie is. Het gaat bij een biogebaseerde economie om grootschalige, nieuwe ontwikkelingen in de voorziening van energie, brandstoffen of nieuwe materialen, niet om producten die al jaren op de markt zijn.’

‘In de Delta is behoefte aan een eenduidig acquisitiebeleid. De havens van Zeeland Seaports en Gent zijn met de samenwerking in Bio Base Europe hierin toch wel de voorlopers. We kunnen echter niet zeggen dat we zover gaan in branding en acquisitie als in Silicon Valley. Vanuit het Havenbedrijf Gent heb ik hier een beetje een dubbel gevoel bij. Als we de acquisitie over de hele VNDelta gaan uitsmeren, verliezen we misschien wel een beetje van onze branding. Echter, het acquisitiebeleid zal niet alleen vanuit de havens moeten komen. Het afstemmen van nationale en internationale (EU-)regelgeving zal meebepalend zijn of we daar in slagen of niet. Daarvoor zijn andere partners, uit heel Vlaanderen en Nederland nodig en niet alleen uit de Delta. Dat is alleen maar versterkend in plaats van bedreigend. We krijgen nieuwe bondgenoten voor een stabiele biogebaseerde economie. De kritische massa om invloed uit te oefenen op het beleid, en de implementatie daarvan neemt toe.’

 

Wat moet er gebeuren, wil de VNDelta ‘world leader’ worden op dit thema?

‘Om wereldleider te worden, is het belangrijk om de technologie-ontwikkelingen in het bijzonder in de VS bij te benen. Daar is men al verder, overigens zonder dat er altijd grootschalige industriële toepassingen zijn. Binnen een Europese context moeten we kijken hoe we hierin een voorsprong kunnen uitbouwen. Dat kan via het faciliteren van installaties voor de aanvoer van grondstoffen, maar ook door sterk in te zetten op onze kennisinstellingen en een onderlinge samenwerking hiervan. Ik merk wel eens dat de concurrentie tussen deze organisaties soms heviger is dan tussen de havens. We kunnen hier dus nog wel een slag maken om alle kennis die verspreid is samen te brengen. Belangrijk is dan ook dat het Biobased Industries Consortium (Bridge2020) zich verder ontwikkeld. Een derde element is dat we multidisciplinair moeten samenwerken. Belangrijk is om de verschillende spelers samen te brengen om tot een goed business model te komen.’

 

Wat zijn economische implicaties als de biogebaseerde economie niet van de grond komt?

‘De biogebaseerde economie komt van de grond. Als dat niet gebeurt, missen we een gigantische kans in research en ontwikkeling om een aantal productgroepen minder afhankelijk te maken van olie. Ook mogen we niet voorbij gaan aan de geopolitieke voordelen. Een biogebaseerde economie maakt het mogelijk om de aanvoer van grondstof te differentiëren door aanvoer uit diverse landen, de VS, Canada, Oekraïne, Roemenië. De afhankelijkheid van de olieproducerende landen wordt kleiner. Twee belangrijke voorwaarden zijn de zekerheid in de aanvoer van grondstoffen tegen een marktconforme prijs en een eenduidig stabiel Europees beleid rondom de biogebaseerde economie. Beide zijn cruciale factoren.’

 

Hoe kijkt u aan tegen het belang van het Biobased Industries Consortium?

‘Deze publiek-private samenwerking tussen het bedrijfsleven en de EU is een van de cruciale initiatieven om op grotere schaal de biogebaseerde economie te ontwikkelen en waar we vanuit onze haven aan willen bijdragen.’